Zondag 24


De freethinker kat-en-christus

Zondag 24
Gebed en wonderen hebben geen positief effect

Volgens onderzoek heeft bidden geen positief effect op zieken. Soms kan weten dat er voorbede wordt gedaan zelfs een negatief effect hebben. Is bidden een nutteloze bezigheid?
In dit hoofdstuk vertelt Strengholt dat om een goed christen te zijn je over een flinke hoeveelheid goedgelovigheid moet beschikken. Een gebroken arm bijvoorbeeld werd in het gips gezet, maar de gelovige vond het daarna toch verstandiger om geloofsgenoten te vragen of ze voor die arm wilden bidden, en ja hoor, arm genas meteen. Blijkbaar werd er een röntgenfoto van gemaakt en kon het gips er meteen af, want de foto’s van vóór en na konden worden bekeken. En hoewel dit volgens Strengholt een belachelijk wonder was, was het toch waar, hij heeft het zelf meegemaakt. Tezelfdertijd overleed een gemeentelid aan kanker, waarvoor heel veel gebeden was. God had jammergenoeg daar weer geen zin in of tijd voor. Strengholt zegt dat het dus nutteloos is enige redelijkheid proberen te ontwaren in de wonderwerking van God. Maar volgens hem geeft dat helemaal niet: ”Een christen kan leven met een niet-sluitend wereldbeeld”. Hij herinnert ons eraan dat ons verstand tenslotte maar beperkt is. Daarom kan een zo dom mogelijk optredende God toch zeer wel passen in het christelijke wereldbeeld. Inderdaad, dit sluit goed aan op zijn opmerking dat een God die redelijk, dus te begrijpen zou zijn, tenslotte de schepping van de mens zou zijn. Denk aan de voorschriften die God ooit zijn eigen volk voorschreef, zoals het belachelijke voorschrift voor wanneer men een vrouw verdenkt van overspel, en in de bijbel wel tweemaal voorschrijven dat men een geitenbokje niet mag koken in de melk van zijn moeder. God schreef zijn volk zelfs voor dat het verboden is een kruipend beestje (wurmpje) te eten tesamen met de vrucht, alsof wij mensen daar zo verzot op zijn. We leren hieruit dat enige domheid en clowneske streken in goddelijk optreden zelfs te prefereren is en altijd een sterke aanwijzing is dat de ware God hier aan het werk of aan het woord is.

 

Opvallend bij genezingswonderen is dat het vaak over vage ziekten gaat die worden genezen, en zelden om het aangroeien van een geamputeerd been. Is het wel geloofwaardig?
Strengholt zegt dat hij een vriendelijk kritische houding heeft wat betreft gebedsgenezing in massabijeenkomsten. Hij geeft toe dat er wellicht een hoop psychologie komt kijken bij genezingen. Hij ziet dat echter niet als een ondermijning van zijn geloof. Want zelfs echt wonderlijke genezingen zullen een ongelovige niet bewijzen dat er een God is.

 
De vraag omzeilt hij met dit antwoord wel volkomen. Wonderen en gebedsverhoringen zijn pas wonderen en verhoringen wanneer we nep, toeval en goedgelovigheid kunnen uitsluiten. En juist dat lukt niet in religieus geloof. Vandaar dat men de christen met een geamputeerd been confronteert.

God heeft bij mijn weten nog nooit een geamputeerd been of arm per wonder kunnen laten aangroeien. Zoiets ondermijnt wel degelijk het geloof, want voor God zou zoiets net zo gemakkelijk zijn als ieder ander wonder. Dat het Hem nooit lukt zou wel eens kunnen komen omdat dat nu net een wonder zou zijn dat voor eenieder te controleren is.

Ook de tweede bewering van Strengholt klopt niet. Indien er echt soms sprake zou zijn van zoiets als een geamputeerd been dat op gebed weer aangroeit, zou menig ongelovige die er ooggetuige van is op andere gedachten over God komen.



Bij een ernstig busongeval komen vijftien mensen om het leven. Gelukkig overleeft een oude dame de ramp. ’Een wonder’, wordt geroepen. Maar wat zeg je dan over de vijftien die dan dood zijn?


”Wie zelf net aan de dood ontsnapt, heeft toch het volle recht om God te danken? Ik weet niet waarom God niet ingreep om de vijftien anderen te redden, maar dat doet niets af aan de wonderlijkheid van het overleven van die ene”, is Strengholts ergerlijk ontwijkende antwoord. Begrijpt hij misschien de vraag niet? De vragensteller wijst erop dat men onterecht over wonder spreekt, net als in de vorige vraag.

Misschien moeten we het helemaal uitspellen voor hem. Een wonder is een bovennatuurlijke gebeurtenis die door goddelijke krachten wordt veroorzaakt. Het woordje ’wonderlijk’ waarmee Strengholt antwoordt betekent echter heel iets anders. Wonderlijk is een natuurlijke zaak, zij het iets zeldzaams, iets vreemds, iets heel bijzonders, heel onverwachts.

Indien Strengholt niet beschuldigd kan worden van onwetendheid dan doet hij dit ontwijken blijkbaar bewust. Blijkbaar was in ieder geval zijn christelijke uitgever tevreden met zo’n gewiekst antwoord. Misschien kan men 9 tot 13 jarigen inderdaad nog op deze manier om de tuin leiden.