Zondag 14


De freethinker kat-en-christus

Zondag 14
De evangeliën zijn niet geloofwaardig

De apologeet gaat nog in op wat minuscule koeien die een pietluttige vrijdenker zo nodig uit de sloot moet halen:

Waarom is er over de kindermoord in Bethlehem (Herodes), niets in de geschiedenisboeken terug te vinden?

De apologeet vraagt zich af of de vragensteller bevooroordeeld is. Dit is de reflex van iedere gelovige bij iedere kritische kanttekening van iemand op zijn geloof. De eerste en enige gedachte die een vroom gelovige heeft is dat er een aanval wordt gepleegd op het geloof, en het geloof koste wat kost verdedigd moet worden. Dit is een zo sterke reflex dat veel gelovigen al op hun achterste poten staan wanneer een medegelovige met enige twijfel over iets aankomt.

Waar een vroom gelovige bezig is met de verdediging van zijn geloof is dan ook bijna per definitie nooit sprake van een zoeken naar de waarheid, maar exact van het omgekeerde, het liefhebben van de ideologie waaraan men zich heeft overgegeven. Dat men zich in de verdediging dan kan verlagen tot op soms zeer triest niveau beseffen deze mensen ook nooit. Strengholt kan eenvoudig het argument optrommelen dat het wellicht niet zo’n indruk maakte op mensen; misschien waren het maar een paar tientallen peuters die vermoord werden, misschien werd het “temidden van de veelheid van ellende” al snel weer vergeten. Dit zegt iemand die in het hoofdstuk ervoor opeens tienduizenden kon optrommelen die wel getuigen konden van de wonderen van Jezus; zoals van water wijn maken! Waarmee we goed zien wat “temidden van de veelheid van ellende” door velen wél onthouden wordt.


Dat aan de vervelende vraag van de vrijdenker ook iets anders ten grondslag kan liggen dan een aanval op christelijk geloof, namelijk een zich afvragen wat nou waar is en wat niet, oftewel om een serieuze beargumentering vragen omdat zoiets voor een intelligent persoon nu eenmaal benodigd is om ergens geloof aan te schenken, komt niet bij de apologeet op. Een serieus criticus van het geloof is niet bezig met een spelletje om de apologeet dwars te zitten en hem te kunnen weghonen. Voor hem is het achterhalen van de waarheid belangrijker dan het in de hemel te mogen komen.

 
De kindermoord van Bethlehem is ten eerste een onderdeel van een vreemde zaak: waarom heeft het oudste evangelie in de bijbel niets over de geboorte en afstamming van Jezus te zeggen? En hoe komt het dat wanneer latere evangeliën er wel over schrijven, zij op vele punten elkaar zo tegenspreken dat de verslagen met geen mogelijkheid geharmonieerd kunnen worden? Tel daarbij nog op dat er toevallig wel heel uitgebreid over de geschiedenis van die tijd is geschreven door Josephus, en dat die geschiedschrijving bol staat met zaken die men als details zou kunnen beschouwen.

En dat is nóg niet alles. Tel daarbij nog op dat Matteüs bij zo ongeveer alles wat gebeurt schrijft dat het geschiedde ‘opdat een profetie vervuld zou worden’. Waarom wordt Jezus in Bethlehem geboren? ‘Want zo staat het geschreven bij de profeet’. Waarom vermoordde Herodes de kinderen van Bethlehem? Wel, ‘opdat vervuld zou worden wat Jeremia voorspelde’...Waarom vluchtten Jozef en Maria naar Egypte? “opdat vervuld zou worden wat bij monde van de profeet door de Heer werd gezegd”. Jezus kwam uiteindelijk in Nazareth te wonen zodat zelfs in vervulling ging wat geen enkele profeet gezegd had, namelijk dat hij een Nazoreeër genoemd zou worden. Dat laatste is bijzonder opmerkelijk, aangezien het als een tang op een varken slaat.

Merk op dat de tekst van Matteüs veelvuldig zegt dat het geschiedde opdat vervuld zou worden… De tekst van Matteüs brengt gelovigen zo in verlegenheid dat de moderne bijbelvertalers het nu mooi weggemoffeld hebben en er in de nieuwe bijbelvertaling rustig staat “en zo ging in vervulling”. Ook zonder dit woordje opdat is het voor eenieder duidelijk dat Matteüs er alles aan doet om voorspellingen in het Oude Testament in het verhaal over Jezus uit te laten komen. Voor hem is dat wellicht zelfs het belangrijkste argument om joden ertoe over te halen dat Jezus inderdaad de beloofde messias is. Hij zoekt er dus naar. Zelfs wanhopig, want iedere voorspelling die hij doet uitkomen is helemaal geen voorspelling in het origineel. Erger nog, de ‘voorspellingen’ hebben het vaak over iets geheel anders. Voor Matteüs moet er een kindermoord zijn omdat op deze manier de parallel getrokken kan worden met de geboorte van Mozes. Hoe kan men de gedachte vermijden dat Matteüs het verhaal eenvoudig verzon, creëerde?
Tel daarbij nog op de naïviteit van bepaalde onderdelen in het verhaal… wijzen uit het Oosten die een ster boven een huis zien staan! En die in een droom gewaarschuwd worden niet meer terug te gaan via Herodes, maar stiekem de wijk te nemen naar het land waar ze vandaan kwamen. Hoe weet de schrijver dat?


Maar tel hierbij nog op dat er een geschrift bestaat dat de naam heeft Evangelie van Jacobus (ook wel Proto-evangelie van Jacobus). Van dit geschrift zijn wel 130 kopieën bewaard gebleven en het laat weten dat het door de apostel Jacobus geschreven is in Jeruzalem. Een goed apologeet begrijpt hieruit meteen dat het bijzonder betrouwbaar moet zijn. Eindelijk een evangelie dat duidelijk door een discipel van Jezus geschreven is! En dus bovendien veel ouder moet zijn dan welk ander evangelie ook, met mogelijk uitzondering van het evangelie van Petrus, dat in de ik-vorm geschreven is, en dus ook bijzonder betrouwbaar zal zijn, maar echter voor het merendeel verloren is gegaan. Dat het Proto-evangelie wel uitmuntend betrouwbaar moet zijn is al duidelijk hieruit dat Jacobus de broer van Jezus was!

 
Maar dit evangelie van Jacobus vertelt het verhaal op een heel andere manier. Hij spreekt zo ongeveer alles tegen wat Matteus beweert.


“En toen Herodes begreep dat hij door de magiërs misleid was, werd hij verschrikkelijk kwaad, en zond hij moordenaars, die hij gebood: ‘Breng alle kinderen van twee jaar en jonger om’. En toen Maria hoorde dat de kinderen werden vermoord, werd ze bang, en nam ze de zuigeling, wikkelde hem in een doek en legde hem in een ossenstal. En toen Elizabeth hoorde dat ze Johannes zochten, nam ze hem op en ging er de heuvels mee in, waar ze op zoek ging naar een plaats om hem te verbergen. Maar er was nergens een schuilplaats. Toen verzuchtte ze met luider stem: O berg van God, verberg moeder en kind. En onmiddellijk spleet de berg open en nam moeder en kind op, want een engel des Heren was met hen, en hield de wacht over hen.” ( http://web.archive.org/web/200806110857 … ation.html )

Is het kerstverhaal wat betreft de volkstelling onder Quirinius geloofwaardig?

”Als in onze ogen een zaak niet geloofwaardig is, wil dat nog niet zeggen dat het niet zo is gebeurd”, is het antwoord van Strengholt.

Met geen woord rept hij over het grootste probleem dat kleeft aan het verhaal over de volkstelling in Lucas 2, namelijk dat die inderdaad plaatsvond, maar in het jaar 6, terwijl Matteüs Jezus geboren laat worden tijdens het koningschap van Herodes de Grote, die al stierf in het jaar 4 vóór het begin van de jaartelling. Bovendien heerste geen enkele Romeinse gezagdrager over Judea zolang Herodes de Grote nog leefde. Het verhaal van Lucas kan dus niet samengaan met het verhaal van Matteüs. Historici hebben ook erop gewezen dat bij Romeinse volkstellingen niemand vereist werd te moeten reizen naar de plaats van afkomst.

 
Dit probleem kan eenieder bestuderen via het Wikipedia-artikel betreffende de volkstelling van Quirinius: http://en.wikipedia.org/wiki/Census_of_Quirinius . Het artikel laat ook de talloze wanhopige pogingen zien die tientallen apologeten, beginnend met Calvijn, de eeuwen door hebben bedacht om het probleem op te heffen. Al in 1727 zette Nathaniel Lardner al die pogingen op een rijtje en verklaarde hij ze voor ongeldig of zeer dubieus. Pas precies een eeuw later, in 1827, met het verschijnen van het beroemde boek Das Leben Jesu, werd door David Strauss eindelijk uitgesproken wat tot dan toe de grootste taboe was: de schrijver van Lucas moest iets verzinnen waarmee hij de profetie van Micha, volgens welke de Messias uit Bethlehem zal komen, in vervulling kon laten gaan, en dus verzon hij dit verhaal.
Uiteraard hebben apologeten zich hierbij nooit neergelegd, en zijn ze doorgegaan met het verzinnen van ingenieuze oplossingen, die volgens het Wikipedia-artikel door bijbelwetenschappers/historici betiteld worden met benamingen variërend van ”implausible” tot ”almost impossible” and ”obviously a last-ditch solution to save the historicity involved”.


De oplossing van Strengholt is misschien wel zo slim. In plaats van de lezer te vermoeien met het onderzoeksresultaat van vijf eeuwen doe je gewoon alsof je neus bloedt en niet weet waarover gediscussieerd wordt en merk je enkel op dat ”almost impossible” nog niet wil zeggen dat het niet zo is gebeurd. En schrijf je erachteraan dat je Lucas gelooft omdat hij ’duidelijk gebruik maakte van oudere bronnen die nog dichter bij de echte gebeurtenissen waren ontstaan’.

Waarom hebben anderen niet over Jezus geschreven?

”Waarom geldt een bron alleen als betrouwbare bron wanneer het geschreven is door iemand die geen aanhanger van het christelijk geloof was?”, antwoordt Strengholt. Hij komt blijkbaar niet op het idee dat het effectief de mond zou snoeren van mensen die beweren dat Jezus wel eens een geheel kunstmatig geconstrueerde personage zou kunnen zijn, een literaire personage. Ook zou het de mond snoeren van iemand die opmerkt dat informatie verschaft door vrome gelovers in de zaak onbetrouwbaar is, zoals iedere propaganda onbetrouwbaar is.

 
Sommigen beweren dat Paulus en de christenen aan wie hij schreef een hemels geloofsobject aanbaden. Marcus zou deze mysteriegodsdienst misschien verbonden kunnen hebben met elementen ontleend aan de prediking van één of andere apocalyptische en charismatische figuur die ooit in Palestina optrad en aanhangers had, om twee stromingen waar hij wat positiefs in zag in elkaar te laten opgaan.


Overigens is het altijd leuk de apologeet te vragen waarom een bron enkel als betrouwbare bron geldt als die afkomstig is uit de bijbel. Welk vooroordeel heeft de christen om het merendeel van wat christenen uit de eerste eeuwen schreven naast zich neer te leggen als onbetrouwbaar? Om zelfs geschriften die op naam staan van apostelen als onbetrouwbaar uit te roepen indien ze niet in de bijbel opgenomen zijn? Het grappige is dat wanneer een geschrift de bijbel niet gehaald heeft de gelovige opeens over dezelfde kritische vermogens beschikt als de wetenschappers.

Waar was Jezus tussen de 18 en 30 jaar?

De apologeet moet het antwoord schuldig blijven, maar hij vermoedt bij zijn ouders thuis. Er is niets zaligers dan ’s morgens door je heilige moeder bediend te worden met een kant en klaar ontbijt, als een God incognito je behoefte te mogen doen, af en toe met de hamer op je duim te kunnen slaan en dagelijks met succes te oefenen op het niet met onbehoorlijke gedachten kijken naar het mooie buurmeisje.

De heilige Geest zorgde voor de bevruchting. De rol van de vader was dus uitgespeeld. Toch geven twee van de evangelisten een stamboom van Jozef om te laten zien dat Jezus van David afstamde.

De apologeet concludeert dat Jezus ook een moeder had. En dat die moeder dus wel een afstammeling van David moet zijn aangezien de Hebreeënbrief zegt dat Jezus een afstammeling van David is. QED.

 
De Hebreeënbrief is overigens een gave tekst aangezien deze verzamelaar van oudtestamentische teksten die kunnen dienen als orakels voor een nieuwe mysteriereligie ook ’bewezen’ heeft dat alle mensen tegen wie Jezus sprak ook zijn broers en zusters waren (Hebr. 2:11), én bewezen heeft dat Jezus Hogepriester is (Hebr. 3:1), én groter dan Mozes (Hebr. 3:3-6) en dat Jezus Zoon van God is (Hebr. 4:14). Zoals men ziet is de Hebreeënbrief goed dus voor het bewijzen van wat dan ook wat men wel leuk vindt. Dat is het voordeel van Alexandrijnse taalfilosofen. Ze bewijzen letterlijk alles wat onder de hemel te vinden is.

Toch is het vreemd dat Strengholt Hebr. 7:14 aanhaalt, waar staat dat Jezus uit de stam Juda komt, alsof het een argument zou kunnen zijn om de afstamming uit het geslacht van David mee te bevestigen. Voor eenieder die in een Messias gelooft komt die Messias vanzelfsprekend uit Juda, omdat Genesis 49:10 dat nu eenmaal vereist. Daar heb je verder dus helemaal geen geboorteregisters voor nodig; daarom zegt de schrijver in 7:14 ook dat het duidelijk is dat hij uit Juda afstamt. Dat Strengholt het aanhaalt is des te vreemder wanneer je weet dat de schrijver van de Hebreeënbrief juist tien verzen ervoor nog uitdrukkelijk heeft laat weten dat Jezus in Melchizedek zijn perfecte voorafschaduwing heeft en met Melchizedek overeenkomt in de volgende zaken: ’hogepriester voor eeuwig’, ’koning van de gerechtigheid’, ’koning van Salem, dwz. van vrede” en ”zonder vader, zonder moeder, zonder geslachtsregister, zonder begin van dagen of einde des levens, en, gelijk aan de Zoon van God, blijft hij priester voor altoos” (Hebr. 7:3).

Als er volgens mij iets duidelijk is uit de Hebreeënbrief dan is het wel dat de schrijver nog nooit gehoord heeft van een historische Jezus die op aarde heeft rondgelopen! Dat hij in Hebr. 7 bij zijn opsommingen hoe Melchizedek Jezus voorafschaduwt niet vermeldt dat Melchizedek volgens het bijbelverhaal met brood en wijn aankwam, laat zien dat hij zelfs geen weet had van de christelijke eucharistieviering.


Dat Matteüs en Lucas bij de leuke literaire bezigheid om deze hemelse figuur voeten in aarde te geven ook een geboorteregister nodig hadden, is niet moeilijk te begrijpen. Dat ze dachten dat het geven van de stamboom van Jozef zin had, terwijl ze tezelfdertijd vertellen dat Jezus juist geen aardse vader had is bijzonder grappig. De vrome jood zal tevens nog opmerken dat ze niet slim genoeg waren om een stamboom te fabriceren die er rekening mee hield dat de messias niet mocht komen uit een tak van het davidische geslacht die vervloekt werd (Jechonja, Jer. 22:30). Lucas vergeet hem bovendien nog af te laten stammen van Salomo en Asa, aan wie de belofte juist weer wel gedaan werd (Ps. 132:12, 1 Kon 15:12, 2 Sam. 7:12-16). ’t Is ook heel moeilijk om met zo’n heilige jungle uit vorige eeuwen altijd alles op een rijtje te hebben staan.

Nog grappiger is het wanneer christenen je vertellen dat de stamboom die Lucas geeft eigenlijk de stamboom van Maria is. Hij schreef dat er blijkbaar uitdrukkelijk nog bij in de eerste editie die jammergenoeg verloren is gegaan, maar gelukkig door alle apologeten nog onthouden is.