Albert Vollbehr
Nu ik de leeftijd van 65 heb bereikt en wellicht niet zoveel jaren van leven meer heb, denk ik soms na over hoe ik herinnerd zal worden. Misschien als de persoon die zich in zijn leven het meest bezighield met het bekritiseren van het geloof in de bijbel en opriep om het achter ons te laten. Ik vind dat geen prettige gedachte. Hoewel kritisch denken ons op school al wordt aangeleerd als een deugd, wil ik liever herinnerd worden door de dingen die ik heb opgebouwd en die niet controversieel zijn. Gelukkig heeft dat ook een grote rol gespeeld in mijn leven.
Vóór de periode van twintig jaar waarin ik me intensief bezighield met religie, was ik musicus. Als kind was muziek mijn grote hobby en als jongeman werd het mijn beroep. Op 39-jarige leeftijd, in 1996, was ik er trots op dat ik nog slaagde voor het eindexamen conservatorium met piano als hoofdvak. Volgens mijn pianodocent had nog niemand dat op die leeftijd voor elkaar gekregen in Finland.
In 1984, op mijn 27ste, begon ik met componeren. Ik ging ermee door tot 1999. Daarna leek muziek voorgoed uit mijn leven te verdwijnen. Ik werd leraar Engels op een basisschool in Finland, speelde 17 jaar lang geen noot meer op de piano (behalve tijdens kerstfeesten op school waar een pianist nodig was) en richtte me jarenlang intensief op schrijven. In 2016 kreeg ik onverwachts weer de drang om te spelen. Op aandringen van mijn tweede vrouw kocht ik een vleugel en begon ik weer enthousiast te spelen, zelfs de eerste Ballade van Chopin. Tot mijn nog grotere verbazing kwam het componeren in 2021, toen ik met pensioen ging, weer terug in mijn leven.
Ik schep miniatuurtjes die ik tot in de kleinste details slijp en oppoets totdat ze naar mijn mening eruit zien als gave glimmende edelsteentjes. Componeren van muziek ontstond als therapie. Ik kwam in mijn leven permanent in Finland terecht. Het verliezen van je moedertaal en je jarenlang moeten behelpen in een taal die op geen enkele manier verwant is aan je moedertaal, heb ik als traumatisch ervaren. Het componeren van mijn eigen muziek was een manier om eigenwaarde te behouden. De momenten waarop ik een nieuw stukje muziek componeer zijn voor mij equivalent aan momenten waarop ik mij puur gelukkig voel. Het aantal muziekstukjes is inmiddels de honderd gepasseerd en ze zijn allemaal op YouTube te beluisteren: youtube.com/@albertvollbehr . Ik hoop dat een of ander muziekstukje van mij het langer overleeft dan mijn teksten.
Zoals gezegd heeft Finland een grote rol gespeeld in mijn leven, en op vele manieren mij geboetseerd tot wie ik ben. Ik kwam er voor het eerst in 1977. Sinds 1981 woon ik er permanent en heb ik het land nooit meer voor langer dan hooguit twee weken gedag gezegd. Dat is inmiddels zo’n lange tijd dat Nederland voor mij buitenland is geworden en daar naartoe gaan groot aanpassingsvermogen vereist. Ik heb de Finse cultuur in mij opgezogen en voel me tegenwoordig daarin volledig thuis. De ’opleiding’ daarvoor bevatte ook tien jaar lang wonen in Rautavaara, dat bekend staat als de armste gemeente van Finland. Tegenwoordig woon ik in Tampere, een bruisende stad die in Finland op dit moment een enorme aantrekkingskracht heeft en uitgegroeid is tot de grootste niet aan de zeekust gelegen stad van Scandinavië. Sinds 1987 heb ik de Finse nationaliteit. Ik ben vaak trots op mijn land. Toevallig is de tijd dat ik er woon een tijd van grote voorspoed voor het land geweest.
In Nederland heb ik enkel de twintig eerste levensjaren gewoond. Geboren werd ik in de stad Groningen in 1957. Toevallig wordt het huis waarin ik geboren werd op dit moment verkocht en vind ik er een foto van op het internet:

Het huis is voor mij onvergetelijk omdat ik op tweejarige leeftijd op de vensterbank klom en vervolgens uit het openstaand zijraam van de woonkamer (middelste verdieping) viel. Het betonnen afdak boven de voordeur onderbrak de val, maar belette niet de reis naar beneden met mijn hoofd op de betonnen straatstenen te laten eindigen. Ik liep een schedelbasisfractuur op, maar heb het overleefd.
Op vijfjarige leeftijd speelde ik het klaar om zonder aan iemand iets te zeggen het huis van mijn oma aan de Bloemendaalseweg in Overveen te verlaten om de voorbijgaande treinen te kunnen bekijken. De beambte die (in die tijd) de spoorwegbomen omlaag en omhoog zwengelde had eerder tegen mij gezegd dat ik hem met dat spannende werk wel eens mocht komen helpen. Ik stak de weg over en werd door een auto overreden. Ook dit heb ik overleefd. Een paar jaar geleden heb ik de plaats bezocht met mijn dochter en kleindochter. Het Marine Hospitaal dat op een paar meter afstand van het ongeluk stond en mij opnam is weg, maar de spoorbomen zijn er nog. En men heeft er een heel groot geschilderde snelheidslimiet op de weg aangebracht!

Op mijn zestiende verhuisde onze familie naar Utrecht waar ik me als oudere tiener zo op mijn plaats voelde dat ik het gevoel had dat ik daar geboren had moeten zijn. Ik had het geluk op de atheneum-bovenbouw van het pas opgerichte Oosterlicht College terecht te komen. Ik behoorde tot de eerste lichting vierde en daarna vijfde en zesde klassers. De school was in noodgebouwen gehuisvestigd en had meestens zeer jonge fantastische leerkrachten. Ik had het gevoel dat ik leerde wat men geciviliseerd en ontwikkeld noemt. Leerkrachten die ik in het bijzonder zeer bewonderde vanwege hun geleerdheid en innemende omgangsvormen waren de schooldecaan en leraar Nederlands Leo Coïni en de leraar Duits Hans Ester. De laatste schijnt zo’n indrukwekkende carrière te hebben gemaakt dat hij geen link behoeft.
Vanaf de zomer 1977 tot de zomer van 1981 heb ik in Engeland Linguistiek, Theologie en Engels gestudeerd. Engeland, het Engels en de hele anglosaksische denkwereld hebben diepe sporen in mij achtergelaten. Ik heb het land en de taal lief en ik voel mij zo sterk verbonden met Britannië dat ik er boos om werd toen ze veertig jaar later voor Brexit kozen. En toen Trump president van de VS werd werd ik er zo depressief van dat ik mijn 35 jaar lang onderhouden abonnement op het tijdschrift Time opzegde. Het evangelische denken komt sinds de tweede wereldoorlog hoofdzakelijk uit de VS. Voor iemand die zich veel met evangelisch bijbelgeloof bezighoudt zijn de ontwikkelingen van de laatste jaren een uiterst bedroevende zaak. Ik leef met deze gedachte: de diepste oorzaak voor de benauwende situatie in de VS ligt in het evangelische christendom. Dit Amerikaanse christendom heeft tientallen jaren demonisering van de tegenstander tot een levensstijl verheven, via eindtijdhysterie een cultuur van samenzweringstheorieën geschapen, via antiwetenschappelijke houding het opleidingspeil schrikbarend doen zakken en via een verbond met de duivel te sluiten (Trump) het land tot aan de fascistische afgrond geleid. Het lot van dit land volg ik op de voet, maar met bezwaard gemoed.
Albert Vollbehr, oktober 2022


Contact: albertvollbehr [AT] gmail [DOT] com

